Het originele artikel is door Babette Porcelijn gepubliceerd op LinkedIn.

Je kunt in je werk veel verschil maken voor een veilige, fijne toekomst. Hoe? Daar gaat de post van vandaag over!

Werk is een belangrijk deel van het leven. Je besteedt er een kwart van je wakkere tijd aan. Werk is niet alleen belangrijk voor brood op de plank, je kunt je ook ontwikkelen en jezelf uitdagen. Je kunt je passie en talenten gebruiken voor iets groters dan jezelf. En het mooiste: bijdragen aan iets wat ertoe doet voor de wereld, dát geeft pas voldoening!

Pak je lijst met jouw Goede Voornemens voor 2050 er weer bij. Vul deze vandaag aan met concrete acties op het werk. De post van gisteren – over goede voornemens als consument – vind je hier.

Waar sta je nu?

• Ben je op zoek naar een nieuwe uitdaging? Onderzoek dan met de tips hieronder wat jouw bliss is.
• Of heb je al tof werk? Onderzoek dan aan de hand van ons stappenplan hoe jij de positieve slagkracht van je organisatie kunt vergroten.

Here we go:

Zoek uit wat jouw bliss is!

Om je bliss te vinden in je werk, jouw droombaan, kun je de volgende vier vragen onderzoeken:

• Waar word ik blij van om te doen?
• Waar ben ik goed in?
• Waar wil de wereld voor betalen? (Dit hoeft niet eens per se, soms heb je juist veel invloed als vrijwilliger of in de privésfeer met vrienden en familie)
• Wat heeft de wereld nodig? Welke inspanning van mij zou veel zoden aan de dijk zetten? Houd hierbij de impact top 10 van de gemiddelde Nederlander voor ogen. Kun je op de grote impacts verschil maken, dan zit je goed!

Waar de antwoorden op deze vragen elkaar overlappen, daar ligt jouw grootste slagkracht om bij te dragen aan een ‘happy 2050’. Zoek net zo lang door tot je iets vindt wat een antwoord is op alle vier de vragen. Daar ligt jouw ‘bliss’, je ‘sweet spot’. Dat is-em: jouw topjob.

Heb jij al zo’n topjob? Dan volgt hier een stappenplan om je organisatie eco-positieve slagkracht te geven.

PS. Misschien zit je in een sturende positie, misschien niet. In het eerste geval heb je overal invloed op, in het tweede kun je bedenken aan welk onderdeel van dit stappenplan jij kunt bijdragen.

1. Missie en visie: Wat is je bestaansrecht? Wat voegt je organisatie toe aan de wereld? Wat voor organisatie wil je zijn? Stuur met je missie en visie aan op maximale slagkracht voor een veilige, duurzame, eerlijke wereld. Om de kans van slagen te verhogen zorg je dat je hele crew geïnspireerd is, en de nodige kennis, mandaten en middelen op zak heeft.

2. Businessmodel: Ontwikkel een duurzaam businessmodel. Of nog beter: een eco-positief businessmodel, dat vooral bijdraagt aan herstel van ecosystemen en weinig of geen schade veroorzaakt.

3. Bepaal je reikwijdte: Maak een overzicht van alle activiteiten in jullie business: intern op kantoor, met wat je verkoopt of doet, en je invloed op stakeholders. Het hele plaatje dus!

Veel bedrijven die beginnen met verduurzamen denken alleen aan de interne organisatie. Op de eerste duurzaamheidsagenda staan steevast de koffiebekertjes en de printjes, dan volgen algauw de elektrische auto’s en zonnepanelen op het dak. Bij de meeste bedrijven ligt de grootste slagkracht echter in de business zelf of in de invloedssfeer; verderop in de keten of in je sector bijvoorbeeld. Het is dus belangrijk om alles waar je invloed op hebt in kaart te brengen en niks over het hoofd te zien.

4. Onderzoek je impact: Breng vervolgens voor al die activiteiten de impact in kaart (of laat dit doen). Onderzoek zichtbare én verborgen impact, milieu-impact én sociale impact, in alle ketens, van voor tot achter. Voor een eerste scan kun je tools gebruiken zoals de mvorisicochecker.nl. Neem voor meer diepgang (en om blinde vlekken te voorkomen) een onderzoeksbureau in de arm, zoals CE Delft, Impact Institute, NIBE of Ecochain.

5. Bepaal je slagkracht: Als je de impact van alle activiteiten hebt onderzocht, zie je wat de meeste impact veroorzaakt. Kijk nu ook nog waar je veel invloed op hebt. Kies als eerste de grootste impacts waar je bovendien veel invloed op hebt, want op dat raakvlak maak je het meeste verschil. Daar ligt je slagkracht!

Veel bedrijven kunnen verschil maken met wat de organisatie inkoopt. Daarmee pak je de verborgen impact aan in ketens en productieprocessen. Ten tweede kun je verschil maken met wat je organisatie vérkoopt aan afnemers en klanten. Denk erover na of je toeleveranciers en/of klanten kunt helpen om hun impact te verbeteren. Houd hierbij steeds de impact top 10 van de gemiddelde consument voor ogen. Als jullie de eindgebruikers kunnen helpen om hún impact top 10 te verbeteren, zit je goed. Lukt dat niet zo makkelijk, kijk dan waar de meeste materialen gebruikt worden of waar veel geld mee gemoeid is. Grote kans dat daar veel impact te vinden is.

6. Doelen: Als je weet waar je op dit moment staat als organisatie en weet waarmee je veel slagkracht hebt, kun je doelen stellen. Hoe snel wil en kun je verbeteren? Stel ambitieuze maar haalbare doelen. Soms zijn kleine stapjes vooruit het hoogst haalbare, maar liefst denk je groot en sla je een aantal onnodige tussenstappen over; leap-frogging op weg naar een happy 2050!

7. Zoek naar oplossingen: Dan nu het echte werk. Ontwikkel een lijst met actiepunten. Om je op weg te helpen heb ik een overzicht van bestaande oplossingen voor je gemaakt (plaatje). Er gebeurt al een heleboel!

8. Aan de slag: Hier een paar tips om impacts in productieketens aan te pakken:

• Inkopers spelen een sleutelrol. Zorg dat zij kennis van zaken hebben. Organiseer trainingen en geef hun Het happy 2050 scenario 😉 #duurzaaminkopen
• In 2022 is het gebruikelijk dat je als bedrijf slechts je toeleveranciers en je afnemers kent. Maar de toeleverancier van de toeleverancier, dat wordt al snel ingewikkeld. Internationale transparantie en samenwerking in de productieketen zijn nodig om verborgen impact diep in de ketens aan te pakken. Je kunt om te beginnen werken met keurmerken en assessments. Grote bedrijven: schakel een ketenregisseur in, ken je toeleveranciers. Werk hoe dan ook mee aan echte systeemverandering, waarbij de héle keten binnen de draagkracht komt.

9. Monitor en stuur bij: Je zult in het begin vast tegen van alles aanlopen: weerstand, kinderziektes, mislukkingen en zelfs chaos. Dat hoort allemaal bij transities. Houd de stip aan de horizon in het vizier en blijf doorzoeken naar wat wél werkt. Van mijn schoonzus en ‘stopstrateeg’ Marije van den Berg leerde ik dat je er tijdens een transitie goed aan doet om ook afscheid te nemen van alles wat je níét meer wilt. Stop bewust. Zo maak je ruimte voor de nieuwe werkwijze. Het verlaagt bovendien het risico dat je terugvalt in oude gewoontes.

Op weg naar 2050

Wat kun je – naast de milieu-impact aanpakken – nog meer doen om je organisatie 2050-proof te maken? Om je op weg te helpen heb ik een algemeen overzicht van actiepunten voor je gemaakt die altijd goed zijn (zie plaatje).

Dit doe je als ‘Happy 2050’-organisatie

• Zet je met je organisatie in voor welzijn en gelijke kansen van medewerkers, in eigen land maar vooral ook wereldwijd.
• Democratiseer je organisatie, geef álle stakeholders een stem, ook generaties na ons (denk aan de Toekomststoel) en andere soorten dan de mens (zoals Partij voor de Dieren doet).
• Wees transparant. Pak belastingontwijking, ondemocratische lobby en corruptie aan; neem er nooit genoegen mee. Stel misstanden aan de kaak en maak ze openbaar. Zet je in om uitbuiting van ontwikkelingslanden te stoppen; landroof, grondstoffenroof, kapitaalvlucht, uitbuiting van arbeiders, onevenwichtige handelsverdragen enzovoort. Betaal belasting in bronlanden.
• De financiële sector is te groot en te machtig geworden. Werk daarom niet mee aan verdere financialisering. Vermijd schulden en leningen.
• Werk met true pricing. (Dan worden alle schades aan natuur, milieu en klimaat in de prijs verwerkt, en verdienen alle medewerkers in de hele productieketen een volwaardig salaris.)
• Wees alert op digitalisering (want mijnbouw en productie van elektronica is zeer vervuilend en we hebben die delfstoffen nodig voor de energietransitie). Stel jezelf deze vragen: draagt het bij aan verduurzaming of een evenwichtige verdeling van welvaart? Is het transparant? Kan het ook lowtech?
• Vertel over duurzaam en eerlijk ondernemen, deel kennis met je toeleveranciers, de sector, je klanten en andere stakeholders. Inspireer anderen om ook aan de slag te gaan!

Goed Voornemen: prik een vast moment in de week om hieraan te werken. (Bijvoorbeeld op vrijdagochtend van 9:00 tot 12:00 uur.) Zet het meteen in je agenda.