TOP

Hoe cultuur de wereld kan redden

Beeld in de header: Lotte van den Berg en Daan ’t Sas (Building Conversation): We Have Never Been Modern, Oerol, Terschelling, 15 juni 2019. Fotografie: Willem Weemhoff. Dit artikel is geschreven door onderzoeker Bjorn Schrijen voor Boekman #127 Cultuur en duurzaamheid het kwartaaltijdschrift van de Boekmanstichting en door Green Events overgenomen

De wereld verkeert in een klimaatcrisis en kan wel wat creativiteit gebruiken om deze te bezweren. In welk opzicht kan de culturele sector een bijdrage leveren? Een verkenning.

Vrijwel alle klimaatwetenschappers zijn het erover eens: door menselijk handelen warmt de aarde als een koortsige patiënt steeds verder op. De fase van verhoging lijken we al voorbij, en het moment waarop de schade onherstelbaar wordt, komt elk jaar dichterbij. De mogelijke gevolgen zijn groot. Zeespiegel- en temperatuurstijging kunnen een groot deel van de wereld onbewoonbaar maken. De biodiversiteit zal afnemen, met grote gevolgen voor onze voedselvoorziening. Extreem weer en klimaatrampen zullen vaker voorkomen. Toekomstscenario’s variëren van verontrustend tot apocalyptisch (Mommers 2019).Om deze gevolgen zoveel mogelijk te verkleinen, moet de hoeveelheid broeikasgassen die in de atmosfeer terecht komt zo snel mogelijk afnemen. Dat kan door ‘duurzamer’ te leven, vaak gedefinieerd als ‘een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder de behoeften van toekomstige generaties, zowel hier als in andere delen van de wereld, in gevaar te brengen’ (vertaling CBS 2016 naar World Commission on Environment and Development 1987).Ook in de cultuursector gaat het steeds vaker over duurzaamheid – en met reden. Cultuur biedt unieke mogelijkheden om de klimaatcrisis te helpen oplossen. In dit artikel worden daartoe drie routes verkend, die betrekking hebben op verduurzaming, bewustwording en creatieve innovaties voor een nieuwe wereld. Tot besluit volgen enkele opmerkingen over de rol van de overheid en de raakvlakken met die ándere grote crisis die de wereld momenteel treft. Verduurzaming De miljoenen bezoekers die hopelijk weer snel de drempel van culturele instellingen zullen overstappen, laten op de deurmat een ecologischevoetafdruk achter. De cultuursector initieert vele reisbewegingen en verbruikt energie en grondstoffen om het aanbod te kunnen maken en vertonen. Zo draagt de sector bij aan de wereldwijde CO2-uitstoot.Voor een beter beeld loont het naar Engeland te kijken. Daar verplicht de Arts Council alle organisaties die zij ondersteunt jaarlijks data over de milieuprestaties bij te houden. Hoewel ze in de afgelopen jaren al veel verduurzaamd hebben, rapporteerden 747 organisaties in 2018/2019 alsnog een:

  • energieverbruik van 379,9 miljoen kWh – evenveel als 122.000 huishoudens;
  • waterverbruik van 7,2 miljard liter;afvalberg van 154.400 ton;
  • afgelegde reisafstand van 26,9 miljoen kilometer;en een CO2-uitstoot van 114.547 ton – evenveel als 115.000 bomen in 100 jaar opnemen (Arts Council England 2020).

Voor Nederland zijn zulke gedetailleerde gegevens niet beschikbaar, al rapporteerde Rijkswaterstaat voor de gehele sector ‘Kunst, amusement en recreatie’ in 2019 een CO2uitstoot van 911.652 ton (Rijkswaterstaat z.j.). Voor specifiek de culturele sector schatte Bureau 8080 de CO2-uitstoot op 174.350 ton (Brom 2020). Natuurlijk verbleken deze cijfers bij de totale CO2-uitstoot in Nederland, die volgens Rijkswaterstaat in 2019 op 130.892.700ton lag (Rijkswaterstaat z.j.). Dat neemt echter niets weg van de noodzaak om óók als cultuursector bij te dragen aan het helpen verminderen hiervan. Een systeem waarin honderdduizenden bomen een eeuw lang moeten groeien om de CO2-uitstoot van één jaar kunst en cultuur te compenseren, lijkt op de lange termijn eenvoudigweg niet houdbaar.Steeds meer makers en culturele organisaties zien dan ook de noodzaak deze uitstoot te verkleinen. In 2019 beoordeelden ruim 200culturele instellingen het belang om zelf en als sector in de nabije toekomst te verduurzamen met ruim een 8,5 op een schaal van 1 (‘heel onbelangrijk’) tot 10 (‘heel belangrijk’). Het gros van de respondenten zei daar ook al naar te handelen en beschouwde zichzelf op dit gebied als een beetje (36,2 procent), redelijk (40,1 procent) of heel erg actief (15,9 procent). 80,7 procent van de respondenten wilde deze inspanningen in de toekomst intensiveren (Schrijen 2019).De manieren waarop culturele organisaties hun duurzame ambities in de praktijk vormgeven zijn divers: groene stroom, betere afvalscheiding, bewustere catering, een projectleider duurzaamheid, certificering, minder vliegbewegingen, duurzame verlichting of apparatuur, milieuvriendelijkere schoonmaakproducten, materialen recyclen, elektrische vervoersmiddelen, alternatieven voor dieselaggregaten, hergebruik van regenwater, zonnepanelen, een groen dak … (Schrijen 2019, 2020).Toch heeft de cultuursector nog een lange weg te gaan. Een gebrek aan tijd en geld zijn vaak genoemde knelpunten voor verdere verduurzaming. Bovendien vereist verduurzaming specifieke kennis (Schrijen 2019). Gelukkig bestaan er inmiddels veel tools, handleidingen, samenwerkingsverbanden en ondersteunende organisaties die hierbij kunnen helpen en laten zien hoe elke organisatie duurzame stappen kan zetten. Het artikel van Jan Willem van Bokhorst elders in deze Boekman biedt hiertoe praktische handvatten.1Met deze stappen valt veel te winnen. Vanzelfsprekend voor het klimaat, maar zeker ook voor organisaties zelf. In Engeland bemerkte 70procent van de culturele organisaties die aan verduurzaming werkten dat de motivatie en het welzijn van het personeel hierdoor toenamen. Tweederde van de organisaties ondervond financieel voordeel doordat bijvoorbeeld de energiekosten afnamen. De helft van de organisaties ervoer bovendien dat verduurzaming hun reputatie verbeterde (Arts Council England 2018, 2020).

 

De noodzaak van bewustwording

De Klimaatdichters – een groep van ruim 160 dichters – verwoorden het in de inleiding van hun bundel Zwemlessen voor later treffend: ‘De volledige planeet en al haar inwoners worden bedreigd. Het verhaal is heel eenvoudig en toch komen we niet in beweging. Er is een overschot aan wetenschappelijk bewijs, aan cijfers en rapporten, en toch laten we het niet tot ons doordringen, klampen wij ons – op een paar dappere strijders na – vast aan wat we gewend zijn, ook al is die manier van leven al lang over de houdbaarheidsdatum’ (David et al. 2020). De urgentie wordt kortom wel begrepen, maar onvoldoende gevoeld. Precies daarin ligt een kans voor de kunst. Waar rapporten en nieuwsberichten vooral met het verstand communiceren, kan kunst ook het gevoel bereiken. Kunst kan ontwrichten en helpen ingesleten denkpatronen te doorbreken die tot de klimaatcrisis hebben geleid. Kunst kan laten zien wat er verloren gaat als er geen actie wordt ondernomen, en helpen de emoties die dat oproept om te zetten in creativiteit. Kunstkan bang maken of juist hoop bieden. ‘Als de destructie van de planeet de menselijke verbeelding te boven lijkt te gaan, dan is het aan kunstenaars om die verbeelding open te trekken’ (David et al. 2020).Steeds meer kunstenaars en organisaties doen dit ook en maken het klimaat onderwerp van hun werk. Dit heeft al tot talloze mooie voorbeelden geleid, waaronder de duurzaam geproduceerde klimaatvoorstelling The Children(Het Nationale Theater, 2019), het multidisciplinaire klimaatfestival Warming Up (Stichting Impact Makers, 2020) en de kunstinstallaties Waterlicht (Studio Roosegaarde, vanaf 2015) en We have never been modern (Lotte van den Berg en Daan ’t Sas, 2018), die middels respectievelijk lichtprojecties en een glazen kubus midden in de Waddenzee lieten ervaren wat het betekent om de zee om je heen te zien stijgen.

 

Creatieve ideeën voor een nieuwe wereld

Een tweede mogelijke verklaring waarom het moeilijk is om in actie te komen, is dat in het gesprek over verduurzaming het woord ‘minder’ vaak een hoofdrol heeft. We moeten minder consumeren, minder reizen, minder verbruiken. Deze benadering benadrukt verlies en biedt geen aansprekend vooruitzicht (zie bijvoorbeeld ook Laffan 2019)

Beter dan ‘minder’ klinkt ‘anders’. Het is niet zo dat reizen of consumeren helemaal niet meer kan, maar het zou wel op een andere manier moeten. Er moet gezocht worden naar andere manieren van leven, werken en recreëren. Als deze nieuwe, duurzamere alternatieven ook nog mooier of aantrekkelijker zijn dan de oude opties, wordt de keuze hiervoor makkelijker. De nieuwe ideeën en systemen die nodig zijn vereisen creativiteit: om buiten bestaande kaders te denken en een nieuwe wereld te helpen schetsen. Dat is bij uitstek het terrein van kunstenaars en creatieve geesten. ‘Het moet net zo logisch worden om ontwerpers en kunstenaars te consulteren bij transitieopgaven als het raadplegen van de huisarts bij medische klachten’, stelde Tabo Goudswaard en die oproep is in de praktijk steeds regelmatiger te horen (Goudswaard 2020). Recente beleidsinitiatieven voor een grotere rol van cultuur bij de klimaatcrisis en andere grote transities zijn bijvoorbeeld ‘New European Bauhaus’ (Europese Commissie 2021), ‘A Cultural Deal for Europe’ (European Cultural Foundation et al. 2020), en in Nederland de ‘New Creative Deal’ (Kunsten ’92 en Federatie Creatieve Industrie 2021).

 

De rol van de overheid

Bij het verduurzamen van de culturele sector zijn gemeenten cruciaal. Zij financieren grotendeels de culturele infrastructuur en zijn eigenaar van veel cultureel vastgoed. Gemeenten kunnen daardoor verduurzaming sterk stimuleren, maar de afhankelijkheidsrelatie tussen hurende instelling en verhurende gemeente kan ook remmend werken. Bijvoorbeeld wanneer een culturele instelling wil verduurzamen maar de gemeente geen geld beschikbaar heeft om duurzame aanpassingen aan het gebouw te financieren. Uit een recente analyse van cultuurnota’s van grotere gemeenten bleek niettemin dat vele ermee aan de slag willen. In dertien van de negentien meest recente nota’s was er aandacht voor aan duurzaamheid gerelateerde thema’s. Gemeenten kiezen er vooral voor om het eigen vastgoed te verduurzamen, kunstenaars te betrekken bij de klimaattransitie, duurzame verplichtingen te verbinden aan subsidies of vergunningen, en te ontschotten tussen de domeinen cultuur en natuur. Ook bieden sommige gemeenten ondersteuning in de vorm van geld, kennis of diensten. Zo kende Amsterdam een subsidieregeling voor duurzame investeringen, financierde Den Haag kenniskringen en biedt Dordrecht festivalorganisatoren onder andere ecobekers, afvaleilanden en schoonmaakartikelen aan (Schrijen 2020).Binnen het landelijke cultuurbeleid is de aandacht voor verduurzaming vooralsnog beperkt. Er worden aan rijksgesubsidieerde instellingen hiertoe geen verplichtingen gesteld. De ervaring in Engeland leert evenwel dat de verplichting om jaarlijks over duurzaamheid te rapporteren samen met de juiste ondersteuning relatief snel tot veel resultaat kan leiden (Arts Council England 2020). Tegelijkertijd zijn de middelen en capaciteit in de culturele sector beperkt en zou volgens veel culturele instellingeneen extra verplichting daarom met extra steun gepaard moeten gaan (Schrijen 2019).

 

Tot slot

Enkele jaren geleden opende een publicatie over duurzaamheid in de culturele sector met de vraag of cultuur de wereld kan redden (MVO Vlaanderen 2016). Het antwoord is dat cultuur alleen dat niet kan, maar met creatieve oplossingen en ideeën daaraan wel kan bijdragen.Maar eerst moet die wereld de cultuur redden. Want hoewel genereuze steunpakketten de impact van de coronacrisis hebben verzacht en het culturele bestel vooralsnog grotendeels intact hebben gehouden, blijft de toekomst onzeker. Om die reden hebben het afgelopen jaar de duurzame ambities mogelijk op een iets lager pitje gestaan – het is moeilijk om aan overmorgen te denken als je niet weet of je morgen gaat halen.De coronacrisis toonde de zwakke plekken van het bestel, en de noodzaak die te herzien. De komende jaren moeten we vormgeven aan een nieuwe toekomst voor de culturele sector, en dat biedt een unieke kans om dit ook een duurzame toekomst te laten zijn. Er zijn grote veranderingen nodig, maar als de coronacrisis iets positiefs heeft opgeleverd, dan is het wel de kennis dat de creativiteit van de culturele sector die in korte tijd kan bewerkstelligen.

 

Literatuur

Arts Council England (2018) Sustaining great art and culture: environmental report 2017/18. Manchester:
Arts Council England.Arts Council England (2020) Sustaining great art and culture: environmental report 2018/19. Manchester: Arts Council England.
Brom, R. (2020) ‘Uitvoeren en ondersteunen op de lange termijn: State of Sustainability2020’. Op: www.boekman.nl, 25 juni.
CBS (2016) ‘Duurzaamheid’. Op: www.cbs.nl.
David, A., M. de Feyter en S. Stehouwer (2020) ‘Vooraf’. In: Zwemlessen voor later: klimaatpoëzie, 1315.
European Cultural Foundation (et al.) (2020) A cultural deal for Europe: a central place for culture in the EU’s post-pandemic future. Amsterdam: European Cultural Foundation (etc.).
Europese Commissie (2021) New European Bauhaus. Brussel: Europese Commissie.
Goudswaard, T. (2020) ‘Een nieuwe positie voor de kunstsector in de verbonden samenleving’. In: Boekman Extra, nr. 20, 2024.
Kunsten ’92 en Federatie Creatieve Industrie (2021) ‘New Creative Deal!’ Op: www.cultureelencreatief.nl, 27 januari.
Laffan, K. (2019) ‘Going green is all about what you gain, not what you give up’. Op: www.aeon.co, 21 augustus.
Mommers, J. (2019) ‘Zeven ingrijpende gevolgen van een steeds warmere aarde’. Op: www.decorrespondent.nl, 28 mei.
MVO Vlaanderen (2016) Duurzaamheid in de culturele sector. Brussel: MVO Vlaanderen.Rijkswaterstaat (z.j.) ‘Database’. Op: www.klimaatmonitor.databank.nl.
Schrijen, B. (2019) Duurzaamheid in de culturele sector: steppingstones voor toekomstig duurzaamheidsbeleid.Amsterdam: Boekmanstichting en Bureau 8080.
Schrijen, B. (2020) Duurzaamheid in de culturele sector: inspiratie voor toekomstig beleid.
Amsterdam: Boekmanstichting en Bureau 8080.
World Commission on Environment and Development (1987) Our common future.
Oxford: Oxford University Press.

lykelyke@gmail.com